Juf Ank van ‘De Luizenmoeder’ heeft met haar uitspraak “ik kan er vandaag geen curlingmoeders bij hebben” nogal wat stof doen opwaaien op verschillende sociale media. Ik heb verschillende reacties voorbij zien komen. Omdat ik ook veel onbegrip voorbij zie komen, wil ik graag wat meer duidelijkheid geven over wat er bedoeld wordt met ‘curling in de opvoeding’. Bewustwording hierover vind ik belangrijk, omdat ik denk dat dit verschijnsel erg past in onze tijdsgeest.

Curling in de opvoeding

De term curling in de opvoeding is niet zo heel nieuw. En hij komt ook niet van Nederlandse bodem. In dit artikel wordt heel helder uitgelegd wat curling in de opvoeding betekent. Dat dit artikel geschreven is door de mensen van Platform Mindset is niet toevallig. De ontwikkeling van een groeimindset en curling in de opvoeding hebben veel met elkaar te maken. Curling in de opvoeding komt er kort gezegd op neer dat je de lastige situaties voor je kind oplost. De intentie daarbij is liefdevol en beschermend, je wilt je kind beschermen tegen een negatieve ervaring en de nare gevoelens die daarbij horen. Maar door deze ‘oneffenheden in het ijs’ weg te poetsen, leert je kind ook niet om te gaan met deze ervaringen. Er zijn psychologen die een verband zien tussen (veelvuldig) curlen in de opvoeding en de toename van burn-outproblematiek bij jongeren.

Curlingmoeders

De soms felle reacties op fora gaan vaak over het feit dat juf Ank de moeders benoemt. Moeders zijn in het verleden al vaker neergezet als boosdoeners van de problemen van hun kind, dus dit zou dan de zoveelste poging zijn. Ik denk persoonlijk dat iedereen die een rol van betekenis heeft in de opvoeding van een kind kan ‘curlen’. Ik snap dan ook de boze reacties, maar ik wil benadrukken dat de discussie moet gaan over ‘curling’ en niet over het geslacht van degene die dat doet.

Vechten voor passend onderwijs

Een andere reactie is die van ouders die heel erg hun best moeten doen om voor hun kind passend onderwijs te realiseren. Deze ouders steken veel energie in gesprekken met school en moeten voor de belangen van hun kinderen opkomen. Dit brengt vaak veel frustraties met zich mee. Wanneer deze ouders het gevoel hebben als ‘curlingouders’ weggezet te worden, snap ik hun boosheid. Gezien de invloed van het onderwijs op de ontwikkeling van je kind kun je dit niet scharen onder het wegpoetsen van oneffenheden, zoals bij curling het geval is. Dit zijn ijspegels of zelfs ijsbergen. Ouders die op deze manier vechten voor de belangen van hun kind doen niet aan curling in de opvoeding. Zij handelen vanuit hun verantwoordelijkheid.

Curlingleerkrachten

Een andere veelgehoorde reactie is dat de leerkrachten ook aan curling kunnen doen. En daar ben ik het mee eens, zoals ik net ook al aangaf. Leerkrachten en ouders hebben alleen wel een heel andere rol. Zij moeten zich vanuit een andere invalshoek bewust worden van curling. Ik wil dat graag uitleggen aan de hand van de psychologische basisbehoeften van kinderen (Deci & Ryan). Dat zijn competentie, verbondenheid en autonomie. Deze drie basisbehoeften zijn voorwaarden voor de groei en ontwikkeling van een kind. Zie het als een kruk met drie poten. Hak er één af en de kruk valt om. Zo belangrijk zijn deze basisbehoeften. Verbondenheid heeft een sleutelfunctie. Een kind moet zich veilig en gezien voelen om zijn gevoel van competentie en autonomie te laten groeien. Daar zie ik een verschil in de rollen van ouders en leerkrachten. De verbondenheid met ouders is een natuurlijke en in de meeste gevallen een veilige. Vanuit die basishouding kan een kind competenties en autonomie leren (en die leer je o.a. door lastige situaties aan te gaan en niet te laten wegpoetsen). De leerkracht heeft deze natuurlijke verbondenheid met het kind niet. Daar moet dus eerst in geïnvesteerd worden. Dat betekent dus dat een leerkracht heel goed moet aanvoelen wanneer hij een kind wel of niet zelf een lastige situatie laat oplossen en hoeveel begeleiding het kind daarbij nodig heeft.

Spiegel

Het lijkt mij zo mooi als zowel de ouders als de leerkracht zich eerst bewust worden van hun eigen rol. Durf eerst zelf in de spiegel van de curlingouder te kijken. Durf te erkennen dat je hierin misschien wel kunt groeien. Bekijk rustig en zonder oordeel je eigen oneffenheden, voordat je die van een ander bekijkt, in het belang van en uit liefde voor je kind. Durf als leerkracht ook in die spiegel te kijken, vanuit je professionele rol. Creëer zo een veilig klimaat, waarin het kind ruimte krijgt om te falen en daar zelf sterker uit te komen. Met de (minimaal) nodige begeleiding van zijn ouders en leerkracht.