Een zucht. “De gebruiksaanwijzing is met het vruchtwater weggegooid, vrees ik…”
Het gedrag van kinderen kan ouders soms tot wanhoop leiden. Boosheid en frustraties, niet luisteren, brutaliteit kunnen je het als ouder knap lastig maken. Maar ook meer naar binnen gericht gedrag kan moeilijk zijn. Faalangst, onzekerheid, negatieve gedachten. En dan kun je als ouder wel eens verlangen naar die gebruiksaanwijzing. Wat te doen bij probleemcode ‘B-00-S’?
Gedrag en behoeften
Gedrag van kinderen ontstaat niet zomaar. Je hebt misschien iemand wel eens horen zeggen dat het gedrag het communicatiemiddel van je kind is. Het kind gedraagt zich op een bepaalde manier, omdat het je eigenlijk iets wil vertellen. Het lastige is dat het kind vaak zelf niet weet wat het je wil vertellen. En dan ontstaat die behoefte aan een gebruiksaanwijzing.
Gelukkig weten we steeds meer over hoe kinderen zich ontwikkelen. En dat begint al voor de conceptie. Daar wordt eigenlijk al een basis gelegd voor het gedrag op latere leeftijd. We ontdekken namelijk dat ook cellen de ervaringen die het opdoet onthoudt. En dat geldt ook voor de eicel die zich aan het klaarmaken is om te ovuleren. De eerste ervaringen van een kind worden dus al opgeslagen voordat er een bevruchting plaatsvindt.
In de negen maanden die volgen worden alle ervaringen, na het opslaan op celniveau, ook opgeslagen in het zenuwstelsel en de hersenen. Wat die ervaringen van een baby zijn? Een baby ervaart alles wat zijn moeder ervaart. En al deze ervaringen slaat hij op. Niet in het bewustzijn, maar in zijn lichaam en primitievere hersendelen. En later in zijn leven kunnen de gevoelens die hier zijn opgeslagen, getriggerd worden. En hier is niets zweverigs aan, er komt steeds meer wetenschappelijke onderbouwing voor deze pre- en perinatale invloeden.
Maar wat is dat nu met die gebruiksaanwijzing? Het is natuurlijk een beetje een kil en koud beeld. Alsof je in een boekje zou moeten kijken om te weten wat je met je kind moet doen. En alsof daarin te lezen zou zijn wat je kindje nodig heeft. Nodig heeft… Een kind heeft iets nodig, het heeft behoeften. In zijn levensverhaal, vanaf het allereerste begin, komen die behoeften om aandacht vragen. En dat blijven ze doen, tot ze aandacht hebben gekregen en vervuld zijn. Want als behoeften niet gezien worden, gaan ze om aandacht vragen. In de vorm van gedrag. Dus onder gedrag gaan behoeften schuil. En als we ontdekken wat die behoeften zijn, dan kunnen we die vervullen. Dan weten we wat we moeten doen. Dus ja, een link tussen die gebruiksaanwijzing en het vruchtwater is er eigenlijk wel…
Onderzoek
De basis voor gedrag ligt al in de pre- en perinatale ontwikkeling. Zelfs een ogenschijnlijk probleemloze zwangerschap en geboorte kunnen al gerelateerd zijn aan bepaald gedrag en dus aan bepaalde behoeften. Dit kan zoveel inzichten geven en daarom krijgen het conceptie-, zwangerschaps- en geboorteverhaal een prominente plek, als een prachtige aanvulling op de al bekendere onderzoeksmethoden, zoals intelligentieonderzoek en onderzoek naar de sociale en emotionele ontwikkeling. Door deze combinatie tussen geboortepsychologie en andere verklaringsmodellen ontstaat er een breed en compleet beeld van wat het kind nodig heeft, met aanknopingspunten voor thuis en op school. En zo krijg je toch nog een soort gebruiksaanwijzing, of in elk geval een ‘richtingaanwijzer’.
Dit onderzoek bestaat uit drie gesprekken met de ouders en een onderzoeksochtend met het kind. In het intakegesprek bespreken we wat de reden is voor het zoeken van hulp. We stemmen samen af welke stappen er gezet moeten worden. Het tweede gesprek is een langere sessie waarin we inzoomen op de zwangerschap en geboorte van het kind. Vervolgens komt het kind voor het intelligentieonderzoek. De ouders en (eventueel ook de leerkracht) vullen enkele vragenlijsten in waarmee we zicht krijgen op de sociale en emotionele ontwikkeling. Al deze gegevens, van de geboortepatronen tot en met de resultaten uit het onderzoek, worden in een rapportage verwoord. In deze rapportage komt ook een conclusie en advies. Tenslotte hebben we een gesprek over de bevindingen en bespreken we ook of er een vervolgtraject nodig is.
Voor wie? Voor elke ouder die zich afvraagt waar het gedrag van zijn zoon of dochter vandaan komt. Dit kan boos of druk gedrag zijn. Of angstig gedrag. Er kan sprake zijn van hoogsensitiviteit of prikkelgevoeligheid. Of welk gedrag dat zorgen baart dan ook. Wees welkom, dan gaan we samen onderzoeken wat het kind met dit gedrag te vertellen heeft, dan zoeken we samen naar die zoekgeraakte gebruiksaanwijzing.
Meer informatie over het aanbod.
Meer wetenschappelijke achtergrondinformatie lezen over de eerste 1000 dagen: www.1001kritiekedagen.nl