Een bloemetje

In mijn tuin staat een zonnebloem in een pot. In april heb ik hem gezaaid en al snel bleek hij zich niet normaal te ontwikkelen. De wortels groeiden – krom – boven de grond, de blaadjes ontstonden onder de grond en het plantje bleef klein en misvormd. Het droogde ook bijna uit, maar dat had niet met zijn wortels te maken. We vergaten hem soms water te geven. Toch ging het plantje niet dood. Het groeide in zijn eigen tempo. Het werd zomer en zijn grote broers werden langer, steviger en groter. Dit plantje bleef klein en dun. Zijn broers kwamen in bloei. Grote gele knoppen, boordevol nieuwe zonnebloempitten. Ondertussen groeide de kleine zonnebloem gestaag door. Zijn broers raakten uitgebloeid en verdorden. De kleine zonnebloem staat nog steeds fier overeind in zijn pot, op één van de zonnigste plekjes van de tuin. De zomer is voorbij, hij loopt de sterkste zonnekracht mis. Maar bloeien zal hij. Op zijn eigen tempo en tijd…

Eerlijk gezegd had ik het niet verwacht. Meerdere keren stond ik op het punt het zonnebloempje weg te gooien. Maar iets in mij zag het ook als een experimentje en misschien zelfs wel een leermomentje. Wat gebeurt er met dit bloemetje wat een valse start had, niet altijd de juiste verzorging heeft gehad en door zijn afwijkende ontwikkeling ook niet in de meest ideale tijd van het jaar moet gaan groeien en – wie weet – gaan bloeien?

Aan het bloemetje zelf kon ik niks veranderen. Het ontwikkelde zich op zijn eigen, van het gemiddelde afwijkende manier. Ik kon wel zorgen voor genoeg water (en oeps, niet altijd gedaan…), een zonnig en warm plekje en voedzame potgrond. En dit bloemetje komt er wel. Het zal zijn doel, tot bloei komen, bereiken.

Een kind

Hoe zit dat dan met een kind dat zich niet ontwikkelt zoals het gemiddelde kind? Een kind wordt geboren met een bepaalde aanleg op allerlei verschillende ontwikkelingsgebieden, zoals motoriek, creativiteit, intelligentie, muzikaliteit. Er zijn vervolgens allerlei factoren die ervoor zorgen of dat wat erin zit er ook uitkomt. Denk bij die factoren aan hoe het kind omgaat met fouten (mindset), prestatiemotivatie, strategieën die het kind gebruikt. Dat zijn persoonlijkheidsfactoren in het kind. Daarnaast zijn er factoren die buiten het kind liggen, zoals het gezinsklimaat, klassenklimaat, kwaliteit van de instructie, ingrijpende gebeurtenissen, oftewel de omgevingsfactoren.

Wat doen we als een kind zich niet ontwikkelt volgens de verwachting? Hoe vaak kijken we naar wat er mis is bij het kind? Heeft het concentratieproblemen, misschien wel ADHD? Komt het in sociaal opzicht niet mee, dus speelt er misschien autisme? Wat gebeurt er als we eerst kritisch kijken naar de omgeving van het kind? Heeft dit kind een andere voedingsbodem nodig? Krijgt het genoeg water? Staat het op de juiste plek, zodat het omstandigheden optimaal zijn om tot bloei te komen? Of staren we ons blind op dat wat dit kind anders doet? Op wortels die boven de grond uitkomen? Op een afwijkende groeicurve? En willen we dit veranderen?

Willen we ervoor zorgen dat een kind tot bloei komt, dan zullen we moeten beginnen met het aanpassen van de omgeving van het kind. Om dat te kunnen doen, moeten we wel het kind goed begrijpen en weten wat het nodig heeft. Maar die informatie heeft als doel om de omgeving zo optimaal mogelijk op het kind te laten aansluiten en niet om het kind te willen veranderen. En vanuit die goed aangepaste omgeving kunnen we het kind sterker maken, laten groeien en bloeien. Leren omgaan met fouten maken, leren om handige strategieën toe te passen, leren om zelfverzekerd in het leven te staan. We kunnen het kind niet veranderen, wel sterker maken. En dat lukt alleen vanuit een goed afgestemde omgeving.

De zonnebloem in mijn tuin: in volle bloei!

Maak je je zorgen over je kind, omdat je het gevoel hebt dat het niet tot bloeien komt? Neem contact op. Ik denk graag met je mee. We kunnen in kaart brengen wat je kind nodig heeft, zodat je als ouders en leerkracht handvatten krijgt om je kind weer tot bloei te laten komen.